| De grauwe kiekendief is een beschermde roofvogel die in Vlaanderen nog zelden voorkomt. Hij maakt zijn nest bij voorkeur in graanakkers. Het landbouwgebied De Moeren in West-Vlaanderen werd aangeduid als een kansrijk broedgebied: “Met de aanleg van speciale vogelakkers hopen we straks nieuwe broedparen te lokken.” |
De grauwe kiekendief is een belangrijke paraplusoort in de soortenbeschermingsplannen van Natura 2000. Maatregelen die de kleine roofvogel beschermen, brengen ook meer biodiversiteit in zijn leefgebied, met name het agrarisch buitengebied. Onderzoek heeft uitgewezen dat Vlaanderen ongeveer vijftien broedparen nodig heeft om de soort duurzaam in stand te houden. Om die Europese doelstelling te behalen, is steun van de landbouwsector onmisbaar.
“Veel maatregelen voor beschermde soorten worden gerealiseerd in Europees beschermde natuurgebieden, maar de grauwe kiekendief is een buitenbeentje”, weet Bart Tessens van het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB). “Hij jaagt graag in open landschappen zoals landbouwgebieden en maakt zijn nest in graanakkers. Daarom werd voor de grauwe kiekendief een apart soortenbeschermingsprogramma opgemaakt. Dat programma omvat specifieke doelstellingen en beschermingsmaatregelen. Het duidt ook vijf kernzones in Vlaanderen aan die kans maken om broedparen te lokken: vier gebieden in Limburg en Vlaams-Brabant en het landbouwgebied De Moeren in West-Vlaanderen.”
Akkers vol muizen
Een belangrijk instrument om de grauwe kiekendief terug naar Vlaanderen te brengen, is de aanleg van vogelakkers. Dat idee komt overgewaaid uit Nederland en heeft daar zijn werkzaamheid al bewezen. “Een vogelakker is een perceel waar afwisselend stroken met voedergewassen (luzerne en klaver) en stroken met een gras-, graan- en kruidenmengsel worden ingezaaid”, vertelt Dieter Coelembier van de Vlaamse Landmaatschappij (VLM). “Die combina-tie biedt veel voordelen: ze trekt muizen en akkervogels aan, die op het menu van de kiekendief staan, en ze biedt schuil- en broedplaatsen. De luzerne wordt drie keer per jaar gemaaid, zodat de kiekendief vlot aan de muizen kan. Het is een mooi systeem om op een relatief kleine oppervlakte toch veel biodiversiteit te creëren.” Zorgt een vogel-akker ervoor dat er in het gebied een koppeltje grauwe kiekendieven komt broeden, dan wordt het nest beschermd tot de jongen zijn uitgevlogen. De landbouwer krijgt in dat geval een vergoeding voor de gewassen die hij niet kan oogsten.
Eigen beheerovereenkomst
Om het idee ook in Vlaanderen te lanceren, biedt de VLM sinds dit jaar de beheerovereenkomst Vogelakker aan. Die werd speciaal voor de grauwe kiekendief ontworpen. De focus ligt op de beschikbaarheid van prooien en de bescherming van nesten. Dieter Coelembier: “In het begin kregen we wel wat kritische vragen van landbouwers: zullen al die muizen de gewassen niet beschadigen? Maar grote muizenplagen komen vooral voor in gebieden met veel monocultuur, zoals de uitgestrekte graslanden in Nederland. In een gevarieerd landschap met verschillende teelten blijven ze grotendeels op de vogelakkers zitten. En de roofvogels komen natuurlijk heel wat muizen van de velden halen.”
“De afgelopen maanden hebben we met zes landbouwers in De Moeren een beheerovereenkomst Vogelakker afgesloten. Het gaat in totaal over zeven percelen, samen goed voor een oppervlakte van 48 hectare. Samen met enkele andere maatregelen, zoals een duurzaam bermbeheer, is dat een mooi uitgangspunt om de doelstellingen in het soortenbeschermingsplan te halen. Binnen vijf jaar zou 5 tot 10 procent van de landbouwoppervlakte in De Moeren akkervogelvriendelijk moeten zijn. We hopen dan elk jaar twee of drie broedparen van de grauwe kiekendief aan te trekken.”
Ook voor andere soorten
Een belangrijk argument voor deelnemende landbouwers is dat de maatregel toch nog een actief gebruik van de akkers toelaat. Er komen geen braakliggende stroken waar onkruid en distels woekeren: op de geselecteerde velden wordt luzerne gezaaid, die na verloop van tijd als voedergewas wordt verkocht. Daarnaast trekt de financiële tegemoetkoming sommigen over de streep: in ruil voor hun inspanningen krijgen landbouwers vijf jaar lang een vast bedrag uitgekeerd. “Tot slot halen landbouwers ook voldoening uit het beschermen van een zeldzame soort”, zegt Dieter Coelembier. “Al moeten we daar een kanttekening bij plaatsen: alle inspanningen die we in De Moeren doen, zijn natuurlijk niet alleen bedoeld om één zeldzame roofvogel terug te halen. We willen vooral de algemene biodiversiteit in het gebied verbeteren. Een Europees beschermde soort is een prima handvat om een hele reeks maatregelen aan op te hangen. Daar kunnen andere soorten in het gebied dan ook gebruik van maken, zoals de veldleeuwerik, de grauwe gors en de gele kwikstaart. Als we straks ook een paar broedparen van de grauwe kiekendief mogen verwelkomen, zou dat de kroon op ons werk zijn.”
Unieke samenwerking
Rond de vogelakkers en de grauwe kiekendief hebben zich heel wat partners verzameld. Het ANB tekende het soortenbeschermingsprogramma uit, op basis van de Europese natuurdoelen, en de VLM stelde de beheerovereen-komst Vogelakker op punt. Dieter Coelembier: “Ook heel wat andere partners dragen hun steentje bij. Het kenniscentrum Inagro begeleidde in 2016 de aanleg van de eerste vogelakker en deelde zijn kennis met de landbouwers. Dat demoveld heeft veel twijfels weggenomen. Het agrobeheercentrum Eco2 van Boerenbond laat landbouwers samenwerken bij het beheer van hun vogelakkers. De plaatselijke natuurwerkgroep De Kerkuil staat klaar om eventuele broedgevallen van de grauwe kiekendief meteen te spotten. En een overkoepelende gebiedscoördinator van een onafhankelijk studiebureau behoudt het overzicht over alle plannen en ingrepen. Alle partners, ook de landbouwers, het polderbestuur en de jachtsector, maken bovendien deel uit van de stuurgroep De Moeren. Die wordt getrokken door het Regionaal Landschap IJzer en Polder en houdt iedereen op de hoogte van de ontwikkelingen rond akkervogels. We werken zelfs grensoverschrijdend samen met enkele Franse partners. Het project rond de grauwe kiekendief steunt op een unieke samenwerking.”
Meer info: