Algemeen
-
De stopzettingsvergoeding kan aangevraagd worden per varkensstal. Wat is een stal?
Een varkensstal is een gebouw waarin de varkens worden gehouden met inbegrip van de aanhorigheden die fysiek aan de varkensstal aansluiten. De aanhorigheden sluiten, vanuit bouwtechnisch oogpunt, rechtstreeks aan of vinden steun bij het hoofdgebouw en ze ondersteunen het houden en fokken van varkens (bijvoorbeeld opslagplaats, bewaarplaats diergeneeskundige middelen, sanitaire ruimte, luchtwasser,…).
-
Kan een landbouwer ervoor kiezen om niet alle varkensstallen op de exploitatie stop te zetten?
Ja, de landbouwer kan een deel van zijn stallen stopzetten op de exploitatie. Een stal wordt altijd in zijn geheel stopgezet.
-
Kan een landbouwer ervoor kiezen om de stopzetting van meerdere stallen aan te vragen en uiteindelijk maar één stal stopzetten?
Ja, de beslissing van de VLM die binnen 120 dagen na het stoppen van de oproep wordt verstuurd is vrijblijvend. Een landbouwer kan kiezen om geen enkele stal stop te zetten of een deel van de stallen in de aanvraag stop te zetten.
Algemene voorwaarden
-
Moet men landbouwer in hoofdberoep zijn om in aanmerking te komen?
Nee, iedere gekende varkenshouder met een impactscore van meer dan 0,5% kan in aanmerking komen. Het budget is echter beperkt en een rangschikking bepaalt welke aanvrager een vergoeding zal ontvangen.
-
Wanneer mag ik stoppen met het houden van varkens om in aanmerking te komen voor de stopzettingsvergoeding?
Pas na het indienen van de aanvraag voor de stopzettingsvergoeding mag gestopt worden met het houden van varkens.
-
Op welk moment moet de landbouwer te stoppen met het houden van varkens in de stal na de aanvraag?
De landbouwer mag nog niet gestopt zijn met het houden van varkens op de dag dat hij de aanvraag indient. De landbouwer wordt ten laatste 120 dagen na het sluiten van de oproep op de hoogte gebracht of hij in aanmerking komt. Vanaf dat moment heeft de landbouwer 1 jaar de tijd om stop te zetten, zijn vergunning aan te passen en de uitbetaling van de stopzettingsvergoeding aan te vragen. Hij heeft twee jaar tijd om te slopen en de uitbetaling van de sloopvergoeding aan te vragen.
-
Hoe moet men ‘5 jaar onafgebroken benutting’ interpreteren?
De productiecapaciteit moet 5 jaar voorafgaand aan het indienen van de aanvraag onafgebroken benut zijn. Een onafgebroken benutting is in overeenstemming met een beperkte leegstand voor bijvoorbeeld het schoonmaken van de stallen of andere vormen van (gedeeltelijke) leegstand die vallen onder de gangbare gebruiken bij het houden van varkens.
-
Een landbouwer beschikt niet over een bouwvergunning omdat de varkensstal dateert van voor de opmaak van de gewestplannen. Wat moet hij dan doen?
De landbouwer moet een beroep doen op het vermoeden van vergunning van een varkensstal en de varkensstal als vergund geacht laten opnemen in het vergunningenregister.
-
Een landbouwer beschikt niet over de bouwplannen van de stallen. Wat moet hij doen?
De bouwvergunningen met de bouwplannen kunnen worden opgevraagd worden bij de gemeente (of de provincie).
-
Wat moet een landbouwer doen wanneer de vergunning vervalt tijdens de looptijd van de procedure?
Het is belangrijk dat het bedrijf de correcte vergunning heeft op het moment van de aanvraag. Wanneer deze tijdens de procedure vervalt heeft dit geen gevolg voor de aanvraag.
-
Wat als een exploitant van een varkensstal de stal huurt. Kan de exploitant dan eenstopzettingsvergoeding en een sloopvergoeding aanvragen?
Indien er een akkoord is van alle betrokken belanghebbenden kan de exploitant een stopzettingsvergoeding aanvragen en de eigenaar van de stallen een sloopvergoeding. Alle betrokken belanghebbenden moeten de aanvraag ondertekenen: de exploitant van de varkensstal, de houder van de milieuvergunning en stedenbouwkundige vergunning of van de omgevingsvergunning, de persoon aan wie de nutriëntenemissierechten zijn toegewezen en de eigenaar van de stallen.
-
Wat als een exploitant op 2 exploitaties varkens houdt en hij zet één exploitatie stop. Kan hij op de andere exploitatie later nog uitbreiden en kan deze nog overgenomen worden?
De exploitant die de varkensstal stopzet, kan het houden van varkens niet meer uitbreiden op de andere exploitatie. Deze exploitatie kan wel nog overgenomen worden. Bijkomend kan de exploitant die de varkensstal stopzet het houden van varkens niet meer starten op een nieuwe exploitatie en kan geen exploitatie meer overnemen met varkens.
-
Hoe moet men om te gaan met de bestaande omgevingsvergunning na een gedeeltelijke of volledige stopzetting van de varkensstallen op een exploitatie?
De vergunning wordt aangepast aan de nieuwe situatie. Het nieuwe vergunningenbesluit wordt meegestuurd als bijlage bij de aanvraag voor uitbetaling van de stopzettingsvergoeding.
-
Een exploitant wil stoppen met het houden van varkens en wilzijn bedrijf omvormen. Kan hij nog een aantal dieren houden op de exploitatie, bijvoorbeeld schapen of paarden?
Wil men na de stopzetting nog dieren houden op de exploitatie dan moet minstens aan de volgende voorwaarden voldaan zijn:
- Na de stopzetting worden er in de stopgezette stal geen dieren meer gehouden uit de volgende categorieën: rundvee, varkens, pluimvee, paarden en pony's, schapen, geiten en konijnen.
- Voor de locatie van de exploitatie kan na de stopzetting geen vergunning aangevraagd worden die opnieuw zou leiden tot een verhoging van de ammoniak (NH3)-emissies.
Stopzetten aanvraag
-
Kan je de aanvraag tot vrijwillige stopzetting op elk moment intrekken?
Ja, een aanvraag kan op elk moment stopgezet worden. De beslissing van de VLM over uw aanvraag is niet bindend. Na deze beslissing kan de aanvrager beslissen om niet in te gaan op het aanbod. De aanvrager zet, in dat geval, de stal niet stop en vraagt uiteindelijk geen uitbetaling van de vergoeding aan. In beide gevallen vragen we aan de exploitant om dit schriftelijk te melden en blijft alles bij het oude.
-
Is de beslissing van de VLM over mijn aanvraag bindend?
Neen, de beslissing van de VLM over uw aanvraag is niet bindend. De aanvrager kan beslissen niet op het aanbod in te gaan, zet de stal niet stop en vraagt uiteindelijk geen uitbetaling van de vergoeding aan. We vragen aan de exploitant om dit schriftelijk te melden.
Gemiddelde veebezetting en vergoeding
-
Op welke stalbezetting is de vergoeding gebaseerd?
De vergoeding is gebaseerd op de gemiddelde veebezetting in het jaar 2021, opgenomen in de aangifte van 2022 bij de Mestbank.
-
Kan ik een ander productiejaar kiezen waarop de vergoeding wordt gebaseerd?
Nee, de vergoeding is gebaseerd op gemiddelde veebezetting in het jaar 2021, opgenomen in de aangifte van 2022 bij de Mestbank.
-
Ik had in 2021, door overmacht of uitzonderlijke omstandigheden, minder of geen productie van varkens. Kan er in deze gevallen naar een ander productiejaar worden gekeken?
Enkel in het geval van overmacht kan er overwogen worden om de veebezetting van een ander productiejaar te gebruiken bij het berekenen van de vergoeding. De aanvrager moet de overmacht goed motiveren aan de hand van bewijzen.
-
In de Mestbankaangifte worden varkens aangegeven over verschillende stallen. Hoe ga je het aantal varkens toewijzen als er maar een deel van de varkensstallen stopgezet zullen worden?
De standaardregel is dat het aantal dieren bepaald wordt op basis van de gemiddelde veebezetting in het productiejaar 2021, zoals aangegeven in 2022 bij de Mestbank. Er zijn evenwel situaties waarbij het aantal dieren niet bepaald kan worden op basis van de Mestbankaangifte. In dergelijke situaties wordt het aantal dieren bepaald naar rato van het aantal vergunde plaatsen per stal.
We verduidelijken dit met een voorbeeld. In het voorbeeld zijn er 3 stallen waar vleesvarkens in gehuisvest worden. Stal 1 is vergund voor 300 vleesvarkens, stal 2 voor 450 vleesvarkens en stal 3 voor 750 vleesvarkens. In de aangifte van het productiejaar 2021 worden er 1200 vleesvarkens aangegeven. Dan zijn de dieraantallen voor het berekenen van de vergoeding voor stal 1: 240 (20%), stal 2: 360 (30%) stal 3: 600 vleesvarkens (50%).
-
Wordt mijn stopzettingsvergoeding en sloopvergoeding belast?
Voor een correct antwoord op vragen van fiscale aard is het aan te bevelen om contact op te nemen met de fiscaal adviseur.
-
Hoe wordt de leeftijd van de stal bepaald?
De levensduur van een stal wordt als volgt bepaald: ‘het aantal jaar tussen het jaar dat gestart is met de bouw van de stal en het jaar waarin de stopzettingsvergoeding wordt aangevraagd’.
Indien de werkelijke start van het bouwen van de stal sterk afwijkt van het jaar van het bekomen van de bouwvergunning, dan moet dat met bewijsstukken aangetoond worden. Dit kan een officieel document zijn dat van de gemeente ontvangen werd.
-
Mijn stal werd sinds het bouwen grondig gerenoveerd. Wat is dan het bouwjaar van de stal?
Renovaties van een stal geven geen aanleiding tot een wijzigen van het bouwjaar van de stal. Indien uit een vergunning een grondige vernieuwbouw kan aangetoond worden, kan het bouwjaar van de stal aangepast worden. Dit wordt geval per geval bekeken.
-
Als de stallen behouden blijven, mag er dan mest van bijvoorbeeld rundvee opgeslagen worden in de mestkelders?
Ja, dat kan. Wil de exploitant na stopzetting nog mest stockeren in de mestkelder, dan mag hij bij aanpassing van zijn vergunning alleen de rubriek 9.4 (eventueel de varkens binnen rubriek 9.5 gemengde inrichting) laten schrappen in het omgevingsloket en dus niet rubriek 28.2 (opslagplaats van dierlijke mest).
Er kan in dat geval geen sloopvergoeding aangevraagd worden.
Impactscore en rangschikking aanvraag
-
Wordt iedereen die in aanmerking komt, vergoed?
Nee, er is een beperkt budget en de exploitaties met de hoogste impactscores komen het eerst in aanmerking voor een vergoeding. Voor deze rangschikking wordt de impactscore van exploitaties die een stal slopen verdubbeld.
-
Wordt de impactscore die wordt gebruikt voor de rangschikking berekend ten aanzien van de gebieden met actueel habitat en de zoekzones?
Ja, het betreft de gangbare impactscoreberekening met impact ten aanzien van actueel habitat en zoekzones.
-
Welke impactscore zal gebruikt worden indien de aanvrager de impactscore niet zelf berekent?
Als de aanvrager de impactscore niet zelf berekent, wordt de impactscore gebruikt die door de administratie werd berekend met de aangiftegegevens van 2021 en andere standaard parameters.
-
Ik bereken mijn impactscore zelf. Gebruik ik daarvoor de dieraantallen uit de Mestbankgegevens of de dieraantallen op basis van de vergunning?
Indien de exploitant zijn impactscore zelf berekent, dan gebruikt hij de dieraantallen uit de actueel geldende vergunning .
-
Ik wil alleen een gedeelte van de stop te zetten stallen slopen, bijvoorbeeld twee van de drie stallen die ik ga stopzetten. Wordt bij het bepalen van de volgorde van afhandeling van de aanvragen, mijn impactscore vermenigvuldigd met een factor van 2?
Wanneer een aanvraag betrekking heeft op een stopzettingsvergoeding en een sloopvergoeding, wordt, bij het bepalen van de volgorde van wie in aanmerking zal komen, de impactscore vermenigvuldigd met een factor twee, ook al worden niet alle stallen gesloopt die worden stopgezet.
-
Ik wil niet alle varkensstallen stop te zetten: ik wil twee oude stallen stopzetten en twee emissiearme stallen behouden. Heeft dit een invloed op mijn rangschikking bij het afhandelen van de aanvragen?
Het stopzetten van een gedeelte van de exploitatie (bijvoorbeeld een deel van de varkensstallen, of enkel de varkenstak en niet het rundvee) heeft geen invloed op de rangschikking van afhandelen van de aanvragen. De impactscore van de volledige exploitatie en het al dan niet slopen van een stal zijn de bepalende factoren voor de rangschikking.
-
De impactscore moet hoger zijn dan 0,5% om in aanmerking te komen. Wordt bij een gemengd veeteeltbedrijf (bijvoorbeeld rundvee en varkens) de volledige veestapel meegenomen voor de impactscoreberekeningen afgetoetst aan de 0,5?
Er wordt rekening gehouden met de impactscore van de volledige exploitatie, inclusief alle aanwezige vee.
-
Als er verschillende exploitaties dicht bij elkaar in de buurt liggen, wordt daardoor waardoor de impactscore groter?
Binnen deze regeling wordt enkel naar de impactscore van de individuele exploitatie gekeken. Of er andere exploitaties in de buurt liggen, speelt hier geen rol.
Nutriëntenemissierechten (NER)
-
Welk type nutriëntenemissierechten worden geannuleerd? Worden de nutriëntenemissierechten voor mestverwerking eerst geannuleerd?
Het staat de landbouwer vrij welke NER hij wil annuleren voor de stopgezette varkens. De ingeleverde NER moeten wel NER zijn waarmee varkens gehouden kunnen worden.
-
Welk type nutriëntenemissierechten worden geblokkeerd voor het houden van varkens?
Er is vrije keuze welke NER geblokkeerd worden, maar er moeten varkens kunnen gehouden worden met deze NER. Met geblokkeerde vrije NERv kan een landbouwer nog de diersoort ‘andere’, pluimvee en rundvee houden. Diersoort ‘andere’ zijn paarden, schapen, geiten en konijnen. Met geblokkeerde vaste NERv kan de landbouwer enkel nog diersoort ‘andere’ houden.
-
Na de stopzetting worden de nutriëntenemissierechten geannuleerd die worden aangewend voor het houden van de dieren in de stop te zetten stallen. Vervallen in dat geval de nutriëntenmissierechten mestverwerking (zoals bij een verkoop van eigen nutriëntenemissierechten)?
Bij het annuleren van de nutriëntenemissierechten na en bijhorend aan de stopzetting, worden de nutriëntenemissierechten mestverwerking niet automatisch geannuleerd (zoals bij een verkoop van eigen nutriëntenemissierechten). De landbouwer kan kiezen welke NER hij wil annuleren voor de stopgezette varkens. De ingeleverde NER moeten wel NER zijn waarmee varkens gehouden kunnen worden.
-
Ik wil alle varkens op mijn exploitatie stopzetten. Worden al mijn nutriëntenemissierechten geannuleerd?
Enkel de nutriëntenemissierechten overeenkomstig de aantallen varkens waarvoor er wordt vergoed, worden geannuleerd.
-
Kunnen geblokkeerde NER nog verhandeld worden?
Geblokkeerde NER kunnen verhandeld worden. Ze blijven wel geblokkeerd voor het houden van varkens.
-
Hoe wordt bepaald hoeveel NER er geannuleerd en geblokkeerd worden na de stopzetting van mijn varkensstal?
In onderstaand rekenvoorbeeld wordt de berekening van geannuleerde en geblokeerde NER weergegeven.
De te annuleren NER worden bepaald op basis van de NER overeenkomstig de aangegeven gemiddelde dierbezetting in 2021 aanwezig in de stopgezette stallen.
Om de geblokeerde NER te berekenen, worden eerst de niet-ingevulde NER berekend. Deze zijn gelijk aan de beschikbare NER min het aantal ingevulde NER overeenkomstig met het gemiddelde aangegeven dieren in de jaren 2019, 2020 en 2021, verhoogd met 10 procent. Deze niet-ingevulde NER worden vervolgens verdeeld over de stallen volgens de verhouding bepaald door de vergunde dieren per stal. Ingeval de stal wordt stopgezet worden deze niet-ingevulde NER geblokkeerd. Voor meer uitleg kan de webinar op de website van de VLM geraadpleegd worden. Vanaf minuut 15:30 wordt deze vraag behandeld.
Slopen van stallen
- Wat moet ik doen met de mest in mijn mestkelders wanneer ik een stal afbreek?
De mestopslag moet leeggemaakt worden en de mestkoek (bezinklaag) moet correct verwijderd worden. Hoe u dat het best aanpakt,
kunt u lezen op deze pagina.