Periode
1/01/2024 – 24/5/2024
Opdrachtgever
Afdeling Platteland en Mestbeleid van de VLM
Uitvoerders
Karoline D'Haene (ILVO) & Georges Hofman (Universiteit Gent)
Opzet van de studie
In het akkoord tussen de landbouw-, milieu- en natuurorganisaties van 7 maart 2023 over de uitgangsprincipes van het mestactieplan 7 (MAP 7), werd onderzoek gevraagd naar het risico op verhoogde concentraties van zware metalen in het grond- en oppervlaktewater veroorzaakt door pyrietoxidatie door uitgespoeld nitraat.
De uitvoerders hebben die vraag opengetrokken en hebben nagegaan welke informatie er ter beschikking is over de link tussen landbouwpraktijken en de concentratie aan zware metalen in de bodem en het grond- en oppervlaktewater.
Ze hebben:
- op basis van een literatuurstudie de relevante beschikbare
informatie en onderzoeksresultaten samengebracht, maar geen berekeningen of analyses uitgevoerd
- een
aanzet gegeven over de informatie die ontbreekt en welk verder onderzoek noodzakelijk is om het regionale belang van landbouw op de concentratie aan zware metalen in de bodem en het grond- en oppervlaktewater te kunnen inschatten.
Resultaten
Zware metalen zijn van nature aanwezig in de bodem, de ondergrond, het riviersediment en het grond- en oppervlaktewater.
Door landbouwactiviteiten kunnen er extra zware metalen in de landbouwbodem terechtkomen die naar het grond- en oppervlaktewater kunnen uitspoelen. Via mest is er vooral een
risico dat koper en zink in de bodem accumuleren. Die zware metalen komen via de voeders en (in het verleden) via klauwontsmetting in de mest terecht.
Metingen op sommige percelen in Vlaanderen en Europa en modelberekeningen in Nederland duiden op een toename van koper en zink via landbouwpraktijken in Vlaamse bodems. Toch is het moeilijk om een effectieve toename in de bodem te meten. Dat komt omdat de dosis van zware metalen die wordt toegediend via bemesting relatief laag is ten opzichte van de aanwezige voorraad in de bodem.
Om een goede bodembalans te berekenen is er
nood aan extra meetdata, bijvoorbeeld over de afvoer van zware metalen via de gewassen. Hoge concentraties kunnen ook indirect via depositie van (historische) industriële activiteiten afkomstig zijn.
De achterblijvende nitraatstikstof in de bodem, hoofdzakelijk uitgespoeld tijdens de herfst en winter door regenval maar ook deels door drainage doorheen het jaar, kan door de oxidatie van pyriet leiden tot hogere concentraties aan zware metalen in het grond- en oppervlaktewater
Bij de reactie van pyriet met uitgespoeld nitraat of met zuurstof dat dieper in het profiel terechtkomt bij verdroging, kunnen de stoffen arseen, kobalt, nikkel en zink die aanwezig zijn in pyriet vrijkomen. Die reacties met pyriet kunnen lokaal potentieel belangrijk zijn, maar er ontbreekt nog veel informatie om hierover een kwantitatieve inschatting te doen.
Welk fundamenteel onderzoek er nog nodig is wordt weergegeven in de
nota.