De equivalente maatregel van begeleiding op basis van het KNS-adviessysteem is erop gericht om de bemesting van de groenten van de groepen I, II en III op de percelen in gebiedstype 2 en 3 te verfijnen.
Het bemestingsadvies houdt rekening met de:
- eigenschappen van het perceel: het koolstofgehalte, de mineralisatie van N uit humus, ...
- voorgeschiedenis van het perceel: eventuele aanwezigheid van een groenbedekker, voorteelt en oogstresten, opgebrachte dierlijke mest, geploegd (meerjarig) grasland, …
- teelt: groeistadium van het gewas op basis van de plant- of inzaaidatum en ras
De landbouwer deelt al die informatie mee in het gesprek met de begeleider, om tot een zo precies mogelijk advies te komen. De begeleider stelt de verstrekte adviezen schriftelijk / digitaal ter beschikking aan de landbouwer. De begeleider geeft uitleg over het advies (en de invulling ervan) of de landbouwer kan contact opnemen met de begeleider voor meer uitleg.