| Burgerinitiatieven in de open ruimte bestaan al langer, maar de jongste jaren neemt hun aantal toe. De meest genoemde aanleiding voor hun ontstaan is ontevredenheid over het overheidsbeleid. Zo kwam ook de vzw Vrienden van de Zwalmse Dorpen tot stand: "We vreesden dat men het unieke karakter van Zwalm wilde aantasten." |
Architect Geert Pauwels en grafisch ontwerper Marie Wynants behoren tot het kernteam van de vzw Vrienden van de Zwalmse Dorpen. "Zwalm is een verzameling van twaalf piepkleine dorpskernen in de Vlaamse Ardennen", vertelt Marie Wynants. "De streek heeft een heel specifiek, feeëriek karakter en wordt weleens het 'twaalfdorpenparadijs' genoemd. In zo'n regio moet je voorzichtig zijn met bouw- en verkavelingsplannen. We willen voorkomen dat men projecten realiseert die het uitzicht en het karakter van onze kernen beschadigen."
Oude hoeve verkavelen
De bal ging aan het rollen in 2014, toen een mooie oude hoeve in het centrum van Rozebeke plaats moest ruimen voor een verkaveling. Geert Pauwels: "Die aanvraag paste helemaal niet in de natuurlijke structuur en het uitzicht van het dorp. Daarom stelden we een alternatief voor met evenveel wooneenheden, maar met respect voor de bestaande structuur en gebouwen. Met een beetje creativiteit kun je van een oude hoeve een levendige woonplek maken, met gemeenschappelijke ruimtes en een gedeelde tuin. Ondanks de vele bezwaren keurde de gemeente de verkaveling toch goed. Om daartegen in beroep te kunnen gaan, richtten we op 14 februari 2014 de vzw Vrienden van de Zwalmse Dorpen op. De verkaveling kwam er uiteindelijk niet."
Sociale cohesie
De jonge vzw houdt het openruimtebeleid in Zwalm nauwlettend in de gaten. Dat leidt weleens tot tegenkanting. "Ik snap de frustratie wel: je zal als landbouwerszoon maar een oude hoeve erven en dan te horen krijgen dat je die niet mag verkavelen. Dat gaat over veel geld", beseft Geert Pauwels. "Daarom zoeken we altijd alternatieven die de waarde van een gebouw behouden. Het mag geen 'wij tegen zij'-verhaal worden: we wonen hier allemaal samen."
"Mensen die al jaren in een dorp wonen, zien soms niet meer hoe mooi het is", meent Marie Wynants. "Voor hen is een oude hoeve een vervallen gebouw dat je beter door nieuwbouw vervangt. Terwijl 'nieuwe' bewoners net voor een dorp kiezen vanwege het karakter. Met Vrienden van de Zwalmse Dorpen doen we veel moeite om mensen te informeren over de historische waarde van hun dorp. Onze Facebookpagina telt 700 volgers en we sturen nieuwsbrieven en persartikels uit. We lanceren ook initiatieven om de sociale cohesie te versterken, zoals onze erfgoedwandelingen en het jaarlijkse dorpsfeest met de retrokoers Groote Prijs Allez Freddy."
Gezocht: financiering
Hoewel de vzw goed loopt, zet de vrijwillige basis een rem op de werking. Iedereen verzoent zijn taken met een job en een privéleven. "Bovendien hebben we geld nodig om onze werking te financieren: flyers drukken, maquettes maken, een advocaat betalen … Onze events brengen wat geld in het laatje, maar veel is dat niet", vertelt Geert Pauwels. "Dit jaar krijgen we subsidies van de Koning Boudewijnstichting om ons dorpsfeest te organiseren, maar we kunnen er niet op rekenen dat dat elk jaar zal lukken."
Docent en researcher Hans Leinfelder van de KU Leuven (dep. Architectuur) onderzocht meerdere nieuwe actoren op het platteland in het kader van het Open Ruimte Platform. De problemen waarmee de Zwalmse vzw kampt, klinken hem bekend in de oren. "Veel burgerinitiatieven zijn het werk van vrijwilligers: meestal vrij jonge, hoogopgeleide mensen. Ze brengen hun expertise in en investeren hun vrije tijd en soms ook eigen middelen in het project. Vaak zijn ze ook erg beslagen in het gebruik van sociale media: Facebook, Twitter, nieuwsbrieven … Na enkele jaren begint het vrijwilligerswerk te wegen en zet men soms de stap naar professionalisering. De leden kloppen bij overheden aan voor financiering en nemen een halftijdse medewerker in dienst. Dat is mooi, maar in hoeverre ben je dan nog autonoom? Een van de aanbevelingen uit ons onderzoek is dat overheden lokale initiatieven constructief moeten benaderen. Financier de werking, maar stel geen inhoudelijke voorwaarden. Lokale groepen zijn vaak creatief en reiken waardevolle alternatieven aan. Laat je daardoor uitdagen en werk met die informatie."
Sterk verhaal
Meer kennis en samenwerking vormen de sleutel tot een beter openruimtebeleid, daar zijn zowel Hans Leinfelder als de Vrienden van de Zwalmse Dorpen van overtuigd. "In steden als Gent of Dendermonde hecht het beleid al veel meer belang aan de historische context. Daar worden waardevolle gebouwen en stadsgezichten beschermd", weet Geert Pauwels. "In landelijke gemeenten is men allang blij dat er vernieuwd wordt. Het begrip 'verdichting' wordt vaak te eng geïnterpreteerd. Natuurlijk steunen we het nieuwe openruimtebeleid, maar verdichten doen we beter in dorpen waar meer voorzieningen zijn: openbaar vervoer, een bakker, een supermarkt, een dokter, een crèche … De dorpen in Zwalm, met hun historische karakter, zijn beter geschikt als buitengebied waar mensen zich komen ontspannen. Vergelijk het met de Kempen: daar heeft men een krachtig verhaal gebouwd rond rust, natuur en fruitbomen. Iedereen kent de bloesemstreek. Zo'n sterk verhaal willen wij de Zwalmse dorpen ook geven."
Beschermd dorpsgezicht
Stap voor stap groeit het draagvlak voor de missie die de vzw Vrienden van de Zwalmse Dorpen uitdraagt. Steeds meer dorpsbewoners raken overtuigd van het unieke karakter van hun dorp. "Wat ik zo mooi vind, is dat we als kleine vzw echt iets kunnen veranderen", glimlacht Marie Wynants. "Vroeger liet ik veel dingen gewoon gebeuren, omdat ik dacht: daar kunnen we als burgers toch niet tegenop. Maar als we onze krachten bundelen, zelfs op kleine schaal, kunnen we wél wegen op het beleid. Sinds februari is de dorpskern van Rozebeke, mede door het werk van onze vzw, definitief erkend als een beschermd dorpsgezicht. Dat is toch fantastisch? We hebben echt inspraak in hoe ons dorp evolueert. Dat is een fijn gevoel."
Meer info: www.vriendenvandezwalmsedorpen.be