Periode
16/02/2023 – 14/9/2023
Opdrachtgever
Afdeling Platteland en Mestbeleid van de VLM
Uitvoerders
Onderzoeks- en Voorlichtingsplatform Duurzame Bemesting
Opzet van de studie
De gemiddelde nitraatconcentratie in het oppervlaktewater vertoont de laatste tien jaar geen verdere dalende trend. Daarom is er nood aan een verhoging van de stikstofefficiëntie (N-efficiëntie) van de bemesting. Doordachte teeltrotaties en een optimaal beheer van oogstresten dragen bij tot het verhogen van de N-efficiëntie, maar het optimaliseren van de bemesting wordt als een van de beste methodes beschouwd om de N-efficiëntie te laten toenemen en de nitraatverliezen naar het grond- en oppervlaktewater te minimaliseren. Hierbij is het belangrijk om de N-werking van de toegediende meststoffen, mineraal én organisch te kennen. De bedoeling van het rapport is om de parameters die een effect hebben op de kortetermijnwerkingscoëfficiënten van organische meststoffen en de langetermijn(na-)werking te bespreken.
Resultaten
In de Vlaamse landbouw vindt een belangrijk deel van de bemesting van teelten plaats onder de vorm van organische meststoffen, voornamelijk dierlijke mest. Andere organische meststoffen zijn compost, champost, … Een organische meststof is een samengestelde meststof die naast een organische fractie allerlei nutriënten bevat. De belangrijkste nutriënten zijn stikstof (N), fosfor (P) en kalium (K). Omdat een deel van die nutriënten niet onmiddellijk of niet snel (genoeg) beschikbaar komt, ligt de N-werking van een organische meststof lager dan bij minerale meststoffen. Uit organische meststoffen komt immers niet alleen N vrij in het jaar van toediening maar ook in de jaren erna. Bij regelmatig gebruik stijgt de N-werking van organische meststoffen in de loop van de jaren naar een maximum.
De N-werking van een organische meststof wordt uitgedrukt door middel van een N-werkingscoëfficiënt (NWC). Die geeft aan welk deel van de totale N in de organische meststof dezelfde werking heeft als de N uit minerale meststoffen. Aangezien N in verschillende vormen in een organische meststof voorkomt en over een langere periode ter beschikking komt, moet de N-werking eigenlijk over meerdere jaren bekeken worden. Als op een perceel regelmatig dierlijke mest wordt toegepast, wordt de N-nawerking belangrijker.
Bij het frequent toedienen van organische meststoffen wordt een supplementaire N-nalevering tussen 5% en 30% van de totale toegediende N-hoeveelheid vastgesteld. Om het risico op nitraatuitspoeling in het najaar en de winter te beperken is het belangrijk om de N-nalevering van organische meststoffen bij de bemestingsadviezen in rekening te brengen. Dat kan via aangepaste N-werkingscoëfficiënten of via een correctiefactor op de mineralisatie van organische meststoffen. In de wetgeving kan de supplementaire N-nalevering voor alle organische meststoffen opgenomen worden door de werkingscoëfficiënten met 10% te verhogen.
Meer info